dinsdag 13 januari 2015

Plastic vrienden.

Het waren mooie dagen, zo bedacht ik toen ik op zaterdagochtend wakker werd. Had ik niet fijn gezwommen, heerlijk getennist en daarna gedanst en gezongen. 
Vive la vie !
En nu: fris wakker en een dynamisch plan om verhalen te schrijven op mijn nieuwe blog.
O, wat smaakte het ontbijt heerlijk en de thee en de koffie. Hmmmm.
Ik was er helemaal klaar voor....................
Op dat moment miste ik mijn portefeuille, die ik gisteravond nog zo stevig in mijn hand had gehad. 
Het lokale zoeken begon, en opnieuw en opnieuw verder in de auto en daarna in het gebouw waar ik gisteravond nog zo uit volle borst "de tingle in my fingers" had gezongen.
Met al mijn beeldende vermogens mobiliseerde ik de situaties, ruimtes en mensen met wie ik in aanraking was geweest.
Ook op de plek zelf werd door behulpzame lieverds uitgebreid gezocht.
De portefeuille bleef zoek.
Een kantelpunt werd bereikt.


Tijdens de inventarisatie van schade en potentieel ongemak ontdekte ik al snel dat al die plastic kaartjes eigenlijk goede vrienden zijn. Ze helpen je door deuren, poortjes, kassa's en nog veel meer.
En wat had ik heel veel van zulke goede vrienden.....alleen nu niet meer.
 Ik voelde me geblokkerd en besloot datzelfde te doen met mijn bank en OV-pas. Dat op zich ging heel soepel: de schaar in de ouden en de nieuwen zijn er binnen een paar dagen. Tot dan niet kopen en niet reizen.
Globaal kostte me dat zo'n 18 euro, maar dan zou er geen misbruik van gemaakt kunnen worden.
Voor het rijbewijs was het andere koek. Dat betekende over een week aanvragen en dan een week later ophalen. En dat voor zo'n 38 euro. Kon sneller en duurder. En omdat het om een identiteitsbewijs ging de polilitie gebeld: ik kon de komende 14 dagen beter niet autorijden. Ook fijn om te weten. Immers ik had ook geen OV-pas meer.
Ik besloot dan maar gevaarlijk te gaan leven. Met alle risico's daarbij.
Eh.....het kentekenbewijs. Weer zo'n hobbel. Op de site van de RDW mocht ik 32 euro storten. Iets zei mij daarmee te wachten. Wat als er een eerlijke vinder zou zijn of een schuldbewuste......
Dan maar naar de Airmiles, de Groene Kaart, de Bonuskaart ( net nu het hamstertijd was ) en...........
oei, mijn 25- baden kaart. Ook daar kon ik wel dag tegen zeggen met mijn handje.
En dat terwijl het daar altijd zo gezellig is. 
Gelukkig kon ik voor 7,5 euro en nieuwe pas krijgen en werd mijn resterende tegoed overgezet.
Nu de Menzis-kaart nog. Ik begon voorzichtiger en behoedzamer te bewegen. Ik had immers geen pas. En dan word je niet geholpen.
En zo na vele websites, wachtwoorden, formulieren en gepuzzel zou mijn leven over enige tijd weer normaal kunnen worden. Een fijne gedachte, dat wel.
En net toen ik er helemaal klaar mee was ging de telefoon: De directeur van het bewustwordingscentrum Djoj meldde mij dat bij het toevallig verplaatsen van de piano mijn vriendenkring gevonden was. Dat ik 'm daar nu net verstopt moest hebben........opgelucht en dankbaar plofte ik in mijn stoel. Straks zouden we weer bij elkaar zijn. Ik en mijn plastic vrienden.

Maar eerst werd het weer tijd voor websites, wachtwoorden en formulieren om daar waar het kon de zaken terug te draaien. Het waren fijne dagen geweest deze week. De zaterdag heb ik echter uit mijn agenda gescheurd. Die hoeft niet meer.

Henk.
( publicatie op www.henksverhalen.blogspot. com )









maandag 12 januari 2015

Je moet ervan houden.

Ik schrijf regelmatig, maar niet vandaag. Vandaag zit ik in de trein. Terwijl het landschap aan mij voorbijflitst realiseer ik mij dat ik dit steeds minder wil: Op reis. Ik ben het gaan haten. En nu ben ik toch weer onderweg omdat ik het niet kan laten aan schrijverswedstrijden mee te doen. Deze keer in het kader van de boekenweek. En ja hoor, ik kon erop wachten: het thema is reizen.
 Steeds meer en eigenlijk het liefst kijk ik uit het raam, zoals nu, en staar gedurende enige tijd nergens naar. Ik vind dat erg rustgevend. Ik hoef eigenlijk niet zo nodig te doen wat al die andere schrijvers propageren en stimuleren: Ga ! Leef ! Of nog erger: "Kill the tourist in yourself"!
Vlieg naar dat verre land, klauter over die klip, zwem met de dolfijn, laat - liefst vanuit een kooi, alhoewel - de haai je tanden zien of in het ergste geval ( voor sommigen het Walhalla ) zorg dat je goed ziek temidden van de hongerige locals komt te liggen. Bij voorkeur op een plek waar veel vliegen zijn, het stinkt en er gelukkig wel volop ongekookte groenterestanten liggen.
En laat dan intussen je koortsige gedachten het advies van de Travel Clinic herhalen: goed smeren, je zou zomaar gestoken kunnen worden.

 Tegenover mij zit mijn vriendin. Ik vind haar lief. Zij kent  mij inmiddels in deze houding met starende blik en mompelende lippen. Heb je weer last van de Benali-stimuli ? vraagt ze meelevend. Ik kijk haar even aan maar kan nog niet stoppen:
Om nog maar niet te spreken van de charme van het urenlang hobbelen in een uitpuilende ravijnneigende Columbiaanse lijnbus, terwijl de luxe Mercedessen van de drugskartels via de speciaal voor hen aangelegde vluchtstroken voorbij snellen.
Ik haal diep adem en richt mij tot haar: "Weet je ik ben niet zo'n trekvogel". Met alle respect voor de vogel. Het dier legt genadeloos lange afstanden af en kan dat doen, omdat hij of zij geen bagage heeft. Daar kunnen wij nog wat van leren: met zware bepakking en de door de speciaalzaak speciaal ontworpen en voor een speciaal prijsje verworven hulpstukken op je nek en sjouwen maar.

Vroeger bij ons deed de kolenboer dat. Om te overleven. Nu zie je steeds meer mensen - ook oudere -die zwetend en zuchtend als kolenboeren - de hellingen beklauteren om het ultieme te realiseren. Niet het afleveren van je handel, maar om te kunnen vertellen dat jij, ook jij, het hoogst haalbare - plus 25 meter - hebt gerealiseerd. Sommigen gaan daarin zelfs zo ver dat zij bij terugreis - zo dat gelukt is - hun tenen los in een doosje mee naar huis kunnen nemen. Ja, koud was het er wel.
En zeg nou zelf: een origineler souvenir voor je kinderen kun je niet bedenken.
 Zij is mooi, mijn vriendin, als ik haar kan zien tenminste.
Zij zegt: "jij hebt zoveel meegemaakt". Zij kan alles zo kernachtig samenvatten. Ik val dan even stil. Maar niet voor lang, want dan doemt die Benaliaanse ervaring weer op van dat oude viesfranse hotelletje in Perpignan waar wij met 3 vrienden - zojuist hadden wij nog tesamen die gezellige foute visschotel gegeten -vochten om toegang tot het hurktoilet.
Of die vroege ochtendwandeling in zee, waar ik bij een prachtige fotogenieke zonsopkomst mijn holle voet voluit op een zeƫegel plaatste. Een absoluut record: 36 stekeltjes moesten eruit.
Twee jaar eeder belandde ik bij een sprong om iets onvergetelijks te zien im Cochem im Krankenhaus: 32 stukjes grit uit mijn onderarm ! Alsof ik het aantrek. Mijn beide billen - ik heb daar nog steeds beelden van - doemen op onder de handen van een portugese verpleegster die daar bij herhaling antibiotica in injecteert. Na drie dagen kon zelfs de bacterie het niet meer aan zien en verdween. Ik voelde me in meerdere opzichten bevrijd.



Wil je iets drinken ? Dat vind ik het mooie van deze vriendin. Ze haalt mij altijd weer terug in het hier en nu. Een kwaliteit. Dat waardeer ik in haar. Een heerlijke reisgenote. Ik kijk haar nu in haar glanzende diepbruine ogen en ergens in mij welt - toch weer onverwacht - een warm verlangen naar reizen op. Maar nu heel anders.
Ze schuift wat dichterbij - ze pakt mijn behoefte moeiteloos op - en vraagt: "is er nu niet een reis die je toch zou willen maken ? Uit haar mond klinkt dat erg uitnodigend. En eigenlijk weet ik het antwoord al. "Ja", zeg ik..........."een reisje naar huis, dat lijkt me wel wat."


Henk

( publicatie wedstrijd Boekenweek 2014 Nederland reist ).

zondag 11 januari 2015

Klavers jassen.

Of ik op vrijdagavond mee wilde doen met klaverjassen? Nu dat wilde ik wel. Ik had tijd en zin en het was al weer zo lang geleden dat.......


Hoe dichter ik bij het clubhuis kwam, des te sterker besefte ik dat ik daar straks te midden van de professionele broodspelers zou zitten. U kent ze wel: klaverjassers die niet alleen al op voorhand weten welke kaarten ze in eigen hand hebben, maar ook alles bij de partner en tegenstanders kunnen doorschouwen. Tussendoor tellen ze de slagen en stapeltjes uit het hoofd bijeen. Tafels vol glimmende, pas opgepoetste ego's die halsreikend uitkeken naar een amateurtje die ze wel eens even vlot nat zouden laten gaan. Het klamme zweet stond in mijn handen.

Bij binnenkomst zag ik ook enkele mannen van wie ik wel eens met tennissen had gewonnen, maar of dat een voor of een tegen was moest nog blijken.

Ik moest 3 keer een lootje trekken en had dan een soort blind date met een willekeurige partner. Mijn eerste mix leek veelbelovend maar de kaarten die wij kregen waren zeventjes en achtjes.. 


De troeven lagen bij de buren ( zou dat ook aangestuurd kunnen worden ? ). Het rechterego vertelde nog dat dit een bijzondere avond was. Nog nooit waren zijn kaarten zo mooi geweest. Zelfs niet opzijn verjaardag.  Ik voelde me een klavertje drie.
Mijn tweede date verliep niet goed en niet slecht. Te weinig om te winnen, teveel om kans op de poedelprijs te maken. Een grijze pot dus.
Inmiddels werden hapjes geserveerd, zodat ik mijn verholen verbijtwerk meer funktioneel kon maken.
Om mij heen en heel dichtbij werden successen gevierd. Stralende kerels met opgezette borsten van trots. Tot het tij keerde: ik kreeg een veelbelovende kaart, nam de uitdaging aan en kwam uit en met alle vuur dat ik had opgespaard speelde ik het spel, totdat mij duidelijk werd dat de tegenpartij nog beter geoutilleerd was. Nat !
Of ik de volgende keer weer meedeed ? Klonk uitnodigend, maar die vette smile ?

 Gedurende de dagen erna kwam er in mij iets onweerstaanbaars op. Ik voelde mij driedubbel ver- en geslagen en stamde ik niet af van de Friezen, die ooit de Romeinse legers gestopt hadden ?
In de laatste 48 uur voor de wedstrijd leefde ik tussen hoop en wanhoop, hemel en aarde. Wat zou het worden ?


Het was er weer gezellig en warm. Bij binnenkomst begroette men mij hartelijk. Ik was immers goed voor veel punten en de uiteindelijke kalkoen. Ik trok mijn lootjes en schoof aan. Een wonder geschiedde. Zoals D"Artagnan ooit gered werd door de 3 musketiers, zo verschenen er 3 klaverjasengelen om mij heen: ideale partners, ideale kaarten. Het bier smaakte zoeter, de hapjes kruidiger. Dit was leven. Niet zo'n beetje, maar all-over.
Mijn puntentotaal leverde kussen, felicitaties, bewondering op. En de eerste prijs, vanavond een flinke cadeaubon..

Gelukkig ben ik bescheiden van nature, dus bedankte ik de tegenstanders die mij dit genot geschonken hadden. Ze zagen er een stuk ouder uit dan vorige week, maar ja, wat wil je.
Als een klavertje 4 verliet ik het pand en het is ook goed te stoppen op je hoogtepunt.


Henk

( publicatie TVO-magazine ).


Lustrum

 Lustrum

Rond 9 uur hebben alle onderbouwleerlingen zich op het plein verzameld. De school bestaat 25 jaar en dat moet gevierd worden.
Dus heeft de Lustrumcommissie voor deze dag het TIKIbad in Duinrell afgehuurd.


Tegen half 11 arriveren we ter plekke. Aan de buitenkant lijkt dit badhuis op een soort Wassenaars Centre Pompidou: overal felgekleurde buizen, die kronkelend of zeer steil de grond in lijken te duiken.
Na enkele nuttige tips van het personeel kunnen we uit de kleren en in het badgoed. 

Als volstrekt onwetende bezoeker besluit ik ook eens een buisje te pakken- hoe weet je anders wat je liefste leerlingen ervaren. Ik loop mee de trap op, naar wat later de "cycloon" blijkt te zijn.


Het ziet er op zich vrij onschuldig uit en op een tvtje kun je zien of de landingsbaan vrij is.  Ineens ben ik aan de beurt en meteen na het instappen weet ik al dat dit niet goed voor mij is: of ik rechtstreeeks door de riolering wordt weggespoeld !
Keihard naar beneden ( o kostbaar broekje, dat mij nauwelijks kan bijhouden ! ) dat mag, maar fysiek aan Mach 3 worden blootgesteld terwijl het boegwater onder hoge druk alle zicht onmogelijk maakt, maakt mij ongerust.

Bovendien wordt mijn hoofd in de pijpwand gedrukt, terwijl een schroeiend gevoel mijn billen teistert. Als apotheose beland ik in een soort ronde afvoerbak, waar ik nog wat mag ronddraaien
Dan val ik in een diep gat en verdwijn uit beeld.



Later bij de koffie hoor ik verhalen over de flits, een hogesnelheidsbuis waarbij je gedurende korte tijd acute ademnood en hartstilstand kunt ervaren. Jammer dat ik daarvan niet de ingang heb kunnen vinden.

Rond 12 uur komt de bovenbouw binnen. Een wereld van verschil. Drie jassen aan, pet en capuchon op. Sigaretje in de mond en heeeeelemaal niet van plan zich hier bloot te gaan geven.
Na wat inpraten op de groep scheiden de sportieve types zich alsnog af van de rest en storten zij zich op hun beurt in het buizencircuit.


Een aantal bankzitters kiest tenslotte toch met tegenzin voor de hottub, die - o ommekeer - zo geliefd en gezellig wordt dat deze doet denken aan een pan met een goedgevulde maaltijdsoep.

Als ik om 3 uur weer buiten sta heb ik het gevoel een kerncentrale te hebben bezocht: wat een nucleair- / chemische reacties waren dat. 
Geweldig !


Henk.
( publicatie AOB-blad ).

zaterdag 10 januari 2015

Roots at the Akropolis.

Het is rond kwart voor acht als ik op goed geluk Schiebroek binnenrij voor een concert in de aula van Humanitas, de Akropolis. Het duurt even voor ik voor de juiste schuifdeuren sta.


 In de hal zie ik wat oudere medemensen die zo te zien wel een vrolijke neut, sorry, noot, kunnen gebruiken.
Een heel lieve dame door wie ik heel veel later wel verzorgd zou willen worden wijst mij de weg naar het artiestenverblijf. Net op tijd voor het inzingen. Ik ben vanavond grotendeels in het rood. Het is immers een Kerstconcert. Heel apart, vooral omdat de meesten in het zwart gekleed zijn.

In een nabijgelegen ruimte verblijft een herdershond. Bij het inzingen van Ja Ma Lena brengt hij een van grote diepte komende jank voort. De toon is gezet. Ook voor hem.
We zingen van alles maar een klein stukje, want met alle gehoorapparaatjes op scherp willen wij nog niet alles verklappen.
  Ons potentieel bloot geven, zal ik maar zeggen.


En dan is het zover: licht tintelend van de spanning lopen wij naar de grote aula. Als ik naar boven kijk, waar de ingangen van de diverse woonlagen zijn zie ik dat er dranghekken geplaatst zijn. Zo zal de te verwachte toeloop van ouderen worden gekanaliseerd.
Voor ons: een zaal vol......ons publiek. Even verwacht ik dat zij "vol verwachting klopt ons hart" zullen gaan zingen, zodat wij daar over heen "daar bij die molen" kunnen gaan inzetten.


Zo niet wij. Wij gaan los met ons multiculturele vierstemmige repertoire. Jiddish, Russisch, Ewuradzees, Bosnisch, Iers, Afrikaans...... Alles komt in een hoog swingend tempo voorbij. Hier en daar ondersteund door piano en saxofoon.
Diep onder de indruk en met alle zintuigen open neemt men ons waar. En dan trekken wij het aula-veld in om temidden van hen een fraai Soefilied te zingen. Er daalt een diepe ontspanning in de zaal.


Niet voor lang: met het Tsarenlied Ngogajaletha en Walamalese krijgen we ieder weer op de punt van de al dan niet rollende stoel. Yes ! Dan nog een Szakura en Hasjiwenoe. En om af te sluiten het prachtige Irish Blessing.
Inmiddels heeft de hoofdzuster signalen af gegeven om wat kalmer aan te doen, er moet vannacht ook nog geslapen worden.
Onder een daverend applaus verlaten wij het podium, waarna wij ons terugspoeden naar onze studio waar wij tot in de kleine uurtjes, zingen, dansen en drinken.


Een uniek Hollands lied klinkt: En we gaan nog niet naar huis.....
Nou ja, uiteindelijk wel. Een ervaring rijker.

Henk.

donderdag 8 januari 2015

De Schildpaddentrek.






De schildpaddentrek.



Ik geef je een roosje mijn roosje. Hij staat daar voor tante Marie in haar uitbundige bloemetjesjurk. Bij haar voelt hij zich veilig als hij moet oversteken. Als het spannend wordt. Samen sterk. We are the champions, zo voelt het dan. Wat een grote hand en wat fijn om die vast te houden.



Later roept zij hem naar binnen. Zijn beentjes rennen, want als tante roept dan belooft dat iets.

En terecht. De Toppers zijn er en oom Lee van wie hij altijd kippenvel krijgt bij: "with hope in your heart and you'll never walk alone".



Het feest kan beginnen....pam, pam, bam , bam. Mooie gekleurde pakken, gitaren en ritmische staccato-geluiden. Met z'n allen dansend onderweg, feestend, caramba.....

We worden meegenomen naar grote hoogte, een engel wijst ons de weg.




De eieren komen uit. Allemaal tegelijk. Kwetsbaar in de nieuwe open ruimte bewegen we zo snel mogelijk over het strand onder ons. Samen sterk, maar toch....Eenmaal bij en in de zee gaan we los. Hier voelen wij ons thuis. Van de ene wereld naar de andere, de overgang.

Tanta Marie is beide werelden. Ze is een Topper. En .........goud waard.






Henk , Rotterdam 5 januari 2015.

De doorgang.


De Doorgang.


Endor gaat nog even zitten op de grote steen aan de rechterzijde van het terras en kijkt terug naar de weg die hij de afgelopen tijd heeft afgelegd. Dat was niet altijd gemakkelijk. Een inwijdingsweg, zo lijkt het wel en zo voelt het ook..


Ineens is hij met Elly in Zuid Afrika. Zij is er geweest.Hij niet. Hij doet dat anders:  Nkosi Si Kalele Afrika. Hij zingt, danst, voelt en leeft het voor haar en voor zichzelf. Reizen doet hij meestal van binnenuit. Ook nu. Nu zwemt hij al zingend naar haar toe. Ze is aangenaam verrast en blij. Samen ronden ze nog eens  Kaap de Goede Hoop. De omstanders kijken verwonderd toe.                                                              
 Heb je nog meer? vraagt ze. Dat is geen probleem . Als het bij hem stroomt, dan stroomt het: Ema Weni,  Homeless, Amadolo, Hina Tsitsunga...........U klinkt als Bing Crosby zegt een Vlaamse dame als hij  White Christmas inzet. Een bevrijde stem is fijn om te hebben . Een stem te zijn ook.

Aarde, rode aarde, grote groene bomen. Er komt geraaktheid op. Wat is opa's favoriete dier vraagt hij aan Tijmen. Hij doet zijn trui zo omhoog dat oma het niet kan zien. Unieke kans . Een zebra dus, roept hij. Goed gezien !

Zeg maar ja tegen het leven. Venantiaanse filosofie voor mensen die lijden. Zing het eruit. Breng het in beeld, laat het uit je pen lopen. Klaagzang. Dames......weg met die Christusdoorn en pluk de rijpe appels. Mannen zijn er gek op.
        De stemmen worden milder en harmonieuzer. Er wordt thuisgekomen. 
                          De juiste toonzetting. In acceptatie en afstemming.


Het wordt wat koeler. Over hem heen valt de schaduw van het witgepleisterde gebouw. Nog een keer kijkt hij naar het landschap beneden en gaat  dan naar binnen door de poort. Deze poort achter zich sluitend.

                                                                    

Hij loopt naar de ronde tafel in het midden van het gebouw. In een bedding ligt daar de gouden kristal die hem  enige dagen geleden geschonken is. Glanzend, goudgeel en transparant licht komt naar hem  toe. Hij legt zijn beide handen op het kristal en       vervolgens op zijn hart. De meridiaan komt tot rust.

Michel vroeg kort geleden met hem te willen kijken naar het veld van de onbeperkte mogelijkheden. Daar hoort, bemerkte hij, een kind bij. Voor een kind is de wereld zo. Het leeft die wereld in overgave, die ook daarnaast om - liefdevolle - begrenzing vraagt.  

Hij richt zich op de deur die open staat aan de andere zijde van de tempel. Het warme zonlicht, goudgeel, transparant komt de ruimte binnen als een ouder die het pasgeboren kristal omhelst. Daar ga ik zo doorheen, weet hij.


Eerder was hij er even op verkenning, maar nooit verder dan enkele meters. Een keer verhinderde een grote donkere figuur hem de doorgang. En hoe anders dan vroeger: Hij liep op hem af en omhelsde hem in dankbaarheid. Daarna opende zich de doorgang.


Even dwalen zijn gedachten weer af naar de bevrijding van de zwarte hengst, die zolang tegen de luiken van de benauwde stal had gebeukt tot deze uiteindelijk en gelukkig openbraken. Met tomeloze energie naar buiten. Alles los. Wild in het rond springend, niet te berijden. Niet ?        
 Na het uitrazen wel, maar alleen door een berijder met een gouden hart. Warm, glanzend, transparant. Een paardenfluisteraar pur sang. Hoe zullen we je noemen ? Het is hem nooit eerder gevraagd. Iets met Rik ? Doe dat maar.

Hij slaat de lange witte mantel met het rode kruis linksonder over mijn schouders. Hij is er klaar voor: een nieuwe ruimte met nieuwe mogelijkheden. Inspiratie, vertrouwen en overgave. Het begint vandaag. Eh.....is al begonnen.

Henk.

Rotterdam, 1 januari 2015.